Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Het [1]geschiedde nu ten tijde van de wederkomst des jaars, ten tijde als de koningen [2]uittrokken, zo voerde Joab de heirkracht, en hij verdierf het land der kinderen Ammons; en hij kwam, en belegerde [3]Rabba; maar David bleef te Jeruzalem. En Joab sloeg Rabba, en [4]verwoestte ze. 1. Zie de nadere verklaring van verscheidene duistere plaatsen van vs.-1:, 2 Sam.11:1, enz., en 2 Sam.12:26, enz. 2. Te weten, te veld, met hun heirlegers. 3. De hoofdstad der Ammonieten. Zie 2 Sam.12:26,29. 4. Dat is, hij vernielde de stad en wierp haar te gronde.